April in Portugal.

I found my April dream in Portugal with you 
When we discovered romance, like I never knew. 
Begin van het liedje “April in Portugal”
Oorspronkelijke versie: “Coimbra” van Raul Ferrão, 1947 

Het moest er uiteindelijk eens van komen, na meerdere Portugal-reizen en een lyrische belofte in 2016 om terug te keren: de Algarve! غرب الأندلس, Gharb Al-Andalus - ten westen van Andalusië - of kortweg Al-Gharb, zo noemden de Moren de meest zuidelijke streek van Portugal. De naam is blijven plakken, de Moren niet ... 

De Algarve dus: na Lissabon de meest toeristische streek van Portugal met meer dan 3 miljoen buitenlandse bezoekers per jaar, waarvan ruim 1 miljoen Britten. Bovendien is het aantal toeristen er op 10 jaar tijd verdrievoudigd.  Kunnen we die massa’s vermijden? Maar vooral: slagen we er in de meeste bezienswaardigheden - van west naar oost: Sagres, Lagos, Monchique, Silves, Loulé, Faro, Olhão, Ria Formosa Natural Park, Fuseta, Santa Luzia, Tavira, Cacela Velha - in 8 dagen af te werken EN het toch nog rustig aan te doen?


Op onze eerste dag - 3 april - kunnen we alvast één stadje afvinken: Loulé!
Deze ochtend de “red-eye flight” (om 4 uur opstaan!) van Zaventem naar Faro genomen. Zonder problemen, ondanks het onheilspellende bericht in de avondkrant van gisteren: “Het conflict bij luchtverkeersleider Skeyes, het vroegere Belgocontrol, is nog steeds niet opgelost”. In Faro, half uurtje bij Herz aangeschoven om onze huurauto - een Dacia - op te pikken. En dan - 10u20 lokale tijd - op weg!

Loulé ligt maar 14 km van Faro. Het oude centrum met zijn smalle, Arabisch aandoende straatjes met witte huisjes en straatbogen, is volledig omsingeld door de moderne stad met flatgebouwen van een tiental verdiepingen hoog. De toeristische attractie is een overdekte markthal uit het begin van de 20ste eeuw. Verse vis, groenten, brood, gebak, kleding, lederwaren ... zowat alles wordt er verkocht. Kleurrijk maar wel kraaknet. Wat een verschil met markten in exotische landen. We eten een filhó uit het vuistje: een soort dunne, gesuikerde bladerdeeg van 20 bij 30 cm. In één van de lokaaltjes aan de zijkant van de markt bestellen we in “bean17” twee espresso’s in het nederlands. Je kan er “Dutch apple pie” eten: de mevrouw achter de toog is Nederlandse. Geen Hollandse appeltaart voor mij maar een Pastel de Nata - roomtaartje - met veel kaneel zoals de Portugezen graag eten. Als je om 11u30 al meer dan 7 uur wakker bent, kan je wel een gebakje verdragen.

Loulé Market
Eating Filhó in Loulé

Louche.

Even verder wordt Betty aangesproken door een  Portugees ... louche? Helemaal niet: de pesoon ziet er niet armoedig uit. In het Engels legt hij uit dat hij met zijn auto op weg is naar Porto maar zonder benzine is gevallen en ... geen geld bij heeft. Maar Betty “kan” hem niet helpen. We stappen de Ermida de Nossa Senhora da Conceição binnen: een klein kerkje met muren vol azulejo’s. Een andere, haveloze Portugees met gescheurde rugzak is ons gevolgd, struikelt over de trappen en gooit in zijn val de helft van een tafel met godsdienstige literatuur op de grond. Dat is letterlijk de kerk binnen stuiken ... in de armen van God gooien? Hij put zich uit in verontschuldigingen. Louche? In elk geval, de mevrouw achter de tafel kan er niet mee lachen. Maar in het huis van God vloek je niet ... tenzij inwendig?

Ermida de Nossa Senhora da Conceição
De overblijfselen van het kasteel val Loulé - twee vierkante hoektorens en een kantelenmuur - liggen tussen oude huizen geprangd. Mooi gerestaureerd. Er is een klein maar leuk paleontologisch museum binnenin en je kan één van de torens en de kantelen “beklimmen”. Alles voor de juiste prijs van 1,62 € geen cent meer of minder. Behalve voor gepensioneerden: die mogen gratis binnen!

Tijd voor een mediterane lunch in het uitstekende restaurant “med”. Daarna is het stilaan tijd om richting westkust te rijden; naar Luz (uit te spreken als “louche”), naar hotel Vila Valverde, onze verblijfplaats voor drie nachten. Maar niet zonder te passeren langs en te stoppen bij de Santuário de Nossa Senhora da Piedade, een modernistische, ronde kerk op een heuvel. Mooi zicht op Loulé en de omringende groene heuvels.

Santuário de Nossa Senhora da Piedade
Luz ligt maar een kleine 80 km van Loulé = klein uurtje bollen langs een helemaal niet drukke snelweg met electronische tolbetaling. Je kenteken wordt automatisch geregistreerd en - ofwel hebt je in de auto een chip die automatisch factureert aan je kredietkaart - ofwel betaal je als auto-eigenaar achteraf in het postkantoor. Geen gedoe voor ons: optie één hebben we genomen = zonder zorgen, oponthoud of zelfs maar vertragen passeren we langs de tolbrugjes die ... boven de weg hangen. 

15u30: aankomst in Luz, hotel Vila Valverde. Genieten van het landschap - prachtig zicht vanuit onze kamer - en ... rusten. Mooie eerste dag. Benieuwd hoe de Atlantische kust er uit ziet.

Spin.

Gebeurtenissen nopen mij tot een late update bij deze blogpost. Deze avond lekker maar niet zo veel, gegeten in hotel Vila Verde. Gerookte zalm als voorgerecht, zeebaars als hoofdgerecht, het geheel overgoten met een Algarve wit wijntje. Lekker tot ... ik plots, bij het bijna-einde van de fles een - wat ik denk - “fond” is, in mijn glas vind. Even nader bekijken ... HELL!!! ... een dooie spin in mijn glas!?! Kelner er bij gehaald. Die kijkt verbaasd naar het 6 meter hoge plafond en legt uit dat de spin waarschijnlijk van boven in mijn glas is gezakt. Kan natuurlijk niet: die dooie spin zat al heel de tijd in onze fles Algarve wijn ... Vervelend, voor ons en voor de kelner. Mijn glas wordt door de kelner weg gekieperd. Hij schenkt een laatste geutje Algarve spinnenwijn in. Een “hoger geplaatst persoon” put zich uit in verontschuldigingen (heb ik dat nog al niet geschreven vandaag?) en bied ons uiteindelijk als compensatie twee glaasjes porto aan. Met dank aangenomen maar Algarve-wijn met een spinnetje drinken wij niet meer ...

Spider in wine in Vila Valverde