Parque Natural de Montesinho.
29 juli 2021.
Was het gisteren een “stads-dag”, dan moet het vandaag een “dorpjes-dag” worden: Rio de Onor en Montesinho, een twintigtal km ten noorden van Bragança, aan de grens met Spanje.
Maar we beginnen de dag met een (prettige) vergissing. Rio de Onor staat voor zowel het dorpje als de rivier de “Onor”. Onze navigatie brengt ons naar Gimonde, iets voorbij het restaurant van Dom Roberto, tot aan de Onor-river. Fout, maar … als troostprijs kijken we uit op de oude bogenbrug over de Onor. Bovendien spotten we een ooievaarsnest, compleet met bewoner. Terug rijden dan maar - niet zo ver - en de juiste weg in slaan.
We rijden nu volop door natuurgebied, het Parque Natural de Montesinho, kilometers en kilometers ver, langs een verlaten weg - geen verkeer, geen toeristen - kronkelig, stijgend, eerst door een uitgestrekt naaldbos, dan op een hoogplateau, grotendeels begroeid met brem. Prachtige vergezichten met alleen maar natuur. Als we uitstappen om dat landschap te bewonderen, horen we alleen maar wind, gezoem van insecten en stilte.
Rio de Onor, één van de zeven wonderen van Portugal, ligt pal op de grens met Spanje. De Onor stroomt er dwars doorheen. De tijd is hier blijven stil staan, vooral dan langs de Portugese kant van de grens, met nog talrijke stokoude huizen met leisteen daken. Gelijkvloers is stal. Op de eerste verdieping wordt gewoond. Hier en daar sukkelt een oud besje, geheel in het zwart voorbij of zit een grijsaard op een bankje ons onbewogen aan te staren. Bom dia, zeggen we … bom dia terug, knikken ze. Oud brugje over de rivier. Nieuwe brug van één kar (en dus één auto) breed. Bochtige, smalle straatjes. Veel niveauverschil. En maar foto’s weg klikken.
Honderden zwaluwen scheren over dorp en rivier. In groepen zitten ze op elektriciteitsdraden of “plakken” ze tegen gevels. Of toch, tegen sommige gevels en niet tegen andere. Waarom? Geen idee: ‘t lijkt niets te maken te hebben met oud of minder oud huis, ook niet met zon of schaduw, zelfs niet met het soort gevelbekleding. Maar voor wie het zou weten: één adres, bluecrane@icloud.com.
Aan een klein café-terras zit een stokoude vrouw, helemaal in het zwart gekleed, en twee minder oude mannen. Hier bestellen we twee koffies en een pastel de nata. Één van de twee mannen blijkt de kelner/eigenaar te zijn en hij vertelt ons iets in het Portugees wat we begrijpen als: “we hebben hier geen pastels, croissants of gebakjes”. Dan maar rustig genieten van onze ”doïs café” en het uitzicht op Rio de Onor.
Hoe vraag ik nu de rekening? Met behulp van Google Translate. Wat denk je van “ Quanto eu te devo?” Maar voor ik die uitspraak in de praktijk kan brengen, komt de kelner aandraven met een in plastic verpakte “Maria Madalena” koekje, een Madeleine koekje. Dat kan ik nu natuurlijk niet weigeren. Oh ja, en de rekening was 2 €, koekje inbegrepen.
Op weg naar Montesinho stoppen we in Varge, ook weer heel authentiek, aan een bijrivier van de Onor. Je mag dames niet nalopen en naroepen, en al zeker niet oudere Portugese dames vergezeld door hun man, maar als ze hun zonnebril op een bankje langs het water vergeten, dan mag dat wel. De “obrigada’s” (dank u) en vriendelijke knikken zijn niet van de lucht. We spotten een koniginnenpage, één van de grootste vlinders in West-Europa. Betty slaagt er in een meer dan aanvaardbare foto van de vlinder te nemen. In deze lang geïsoleerde streek zijn ze ook gek op trollen en kobolden: tussen Kerstmis en Carnaval vinden tal van festiviteiten plaats, onder andere in Varge, waarop de deelnemers zich vermommen met duivelse maskers en kledij. Een diabolische figuur begroet je bij het binnenrijden van het dorp.
Er is een nieuwe weg van Aveleda naar Montesinho. Maar het kost ons wat moeite, en uiteindelijk - in Aveleda zelf - aan een lokale Senhora vragen, om die weg te vinden. In het centrum, over de brug, rechtdoor de helling op en dan “a direita” richting França. Het formaat van onze Jeep is niet echt een pluspunt in de kleine, bochtige straatjes van Aveleda. We geraken er wel. De nieuwe weg slingert zich spectaculair naar boven. Rustig en relax, alleen op de weg, stralende zon (29 °C) en … onze zelfgemaakte lunch in de kofferbak: zuurdesembrood met Presunto, tomaatjes en Queijo Iberico, een appeltje als dessert. Wat wil je nog meer?
Montesinho is een bergdorpje maar voor de rest vergelijkbaar met Rio de Onor of Varge, zonder rivier dan wel. Iets boven het dorp, aan de rand van een weide in de schaduw van bomen, eten we onze lunch. De verkoelende bries is welkom. Tientallen vlinders fladderen om ons heen. Wat kan vakantie toch mooi zijn!
Na een kleine “siësta” in Bétula Studios, en na inkopen voor het avondeten in de supermarkt (Continente Modelo Bragança), wandelen we opnieuw - met onze trouwe metgezel Giny - in de buurt van Lagomar, op een deel van de camino van Porto naar Santiago de Compostela. Giny was moe op het einde … wij ook.