Zoo Ave, Alejuela.
We zouden vandaag, onze laatste dag in Costa Rica, uitslapen. Maar we zijn het gewoon geworden om als de kippen te leven: vroeg op stok en vroeg uit kot: om 6 uur zijn we wakker! We besluiten dan maar om nog “snel” een wandelingetje te doen. We dalen vanaf de lodge naar beneden, naar de rivier toe. Het weer is stralend en alleen heel in de verte zijn wolken te zien. Na de afdaling moet er echter opnieuw geklommen worden: bijna loodrecht naar omhoog door het nevelwoud en op grote hoogte. Er wordt gepuft en geblazen. Uiteindelijk zullen we een uur onderweg zijn.
We hebben ons ontbijt verdiend: omelet met tomaat of yoghurt met muesli en banaan, het geheel voorafgegaan door een bessensap en vers fruit (papaya, ananas, mango en watermeloen). De Belgen van gisteravond zijn er ook weer: zij zijn via een Nederlands reisbureau van Amsterdam naar New York gevlogen, daar 3 dagen gebleven en dan naar Costa Rica doorgereisd. Ze keren ook morgen terug via Houston.
Tijd dan om te pakken, uit te checken en weg ... richting San José met eerst een lange afdaling langs de Pan-American “highway”, af en toe sterk vertraagd door de vele reusachtige vrachtwagens die afdalen. We stoppen bij een fruit-en groentenkraam langs de weg en kopen opnieuw aardbeien. Maar pech deze keer: ze zijn niet lekker en halfrot. We zetten het bakje nog niet eens half opgegeten op de vloer van de auto achteraan. Door het bochtenwerk van de afdaling vindt ik later overal aardbeien in de auto!
Dan komen we in de “beschaafde” wereld: de barrios of voorsteden van San José met druk en chaotisch verkeer, soms kruispunten waar niet echt op te maken valt hoe je moet rijden, verkeerslichten die aan draden boven je hoofd bengelen en waar rood niet altijd rood betekent. Bij rood mag je – soms – wel doorrijden en naar rechts afslaan. Rood knipperen betekent stoppen en dan doorrijden.
We rijden naar onze laatste overnachtingsplaats: het Ramada Herradura hotel dicht bij de luchthaven. Daar arriveren we rond 1 uur ’s middags. ’t Is een groot hotel, Amerikaanse stijl met bell-boys en ander personeel in onberispelijk uniform. Onze auto ziet er ondertussen niet uit, vol met roodgeel stof; zodra je de auto aanraakt ben je vuil. ‘t Geeft dan ook een raar gevoel om met zo’n auto de parking van zo’n hotel binnen te rijden.
Onze kamer is nog niet beschikbaar, dus valiezen gedeponeerd en op naar Zoo Ave, Alejuela, een klein dierenparkje in Alejuela, echt in de buurt, waar ze “dieren in nesten” opvangen en een aantal,vooral inheemse dieren, hebben. ’t Is een leuk parkje, temeer omdat er bijna geen bezoekers zijn, en omdat de brede wandelpaden ruim in de schaduw van bomen, struiken en riet liggen en de pauwen en leguanen er vrij rondlopen. We zien de Scarlet Macau (die van in Nicuesa), een Quetzal (maar deze zit er wat triestig en eenzaam bij en is zijn lange staartveren al kwijt), een hoop papegaaien en toekans, een Amerikaanse krokodil (zoals in Marina Las Baulas), veel tanagers (zoals zowat overal), een oropendola (zoals in Arenal). We zien vooral ook een groepje van vijf capucijneraapjes die in een zeer ruim afgesloten deel tussen de bomen stoeien. Capucijneraapjes worden als de meest intelligente primaten van de nieuwe wereld beschouwd (na de mens uiteraard ... alhoewel).
Tijd om nog even het buitenzwembad uit te proberen, maar ... we vinden voor het eerst het water te koud en kiezen voor de openluchtjacuzzi ... aanvaardbaar. Daarna luieren we nog wat in de laatste zonnestralen.
Dan keren we terug naar het Ramada-hotel, niet zonder –met GPS – een tankstation proberen te vinden. Daarvoor moeten we het centrum Alejuela door en dat is met het chaotische verkeer, en de warmte, geen lachertje. Maar we slagen er wel in en rond 15:00 uur zijn we eindelijk in ons hotel.
Klaar maken dan voor het laatste avondmaal in Costa Rica. D’er zouden 3 restaurants zijn in het hotel maar we vinden er maar twee en bij navraag blijkt het derde – net dat wat we zouden willen – “vandaag” gesloten te zijn. Alhoewel ... er is geen spoor van dat derde restaurant. Dan maar hetJapanse, Sakura, geprobeerd. Probleem met de kaart want we snappen eerst niet wat al die gerechten betekenen. Tot B. bemerkt dat op de achterkant van elk blad, de Engelse vertaling staat. Ik kan niet meer vertellen wat we hebben gegeten: ’t was hoofdzakelijk vis en lekker.
En daarmee zit –behalve de terugkeer naar Belgïe, morgen – de reis er op. Costa Rica is in vele (de meeste?) opzichten een absolute aanrader gebleken en wat betreft organisatie zat het prima in mekaar. Uitkijken nu naar nieuwe horizonten, of zoals den André van Dantica zegde: “Het leven is één grote reis ... toch?”
Ramada Herradura hotel, Alajuela, 19 maart 2012.