Ecopista da Linha do Tâmega.

2 augustus 2021. 

Nevelige wolken stijgen op uit de dalen, vormen een dik wolkendek en verbergen de toppen. ‘t Heeft hard geregend vannacht. Alles is nat en drupt. Het ruikt naar tijm, kurk, rosmarijn, dennen. Hier joggen is zwaar werk: vanaf Quinta dos Moinhos stijgt de weg, daalt dan nog steiler dan hij steeg om opnieuw hoger en langer te stijgen tot aan de Ecopista da Linha do Tâmega, ongeveer 1,2 km ver. Die Ecopista is een tot fietspad omgebouwde vroegere spoorweg (en dus vlak!), +/- 40 km lang van Arco de Baúhle in het noorden tot Amarante in het zuiden. Hier kan ik mijn aantal kilometer perfect plannen: 6 wil ik er doen. 

Ik loop richting Amarante, nu eens tussen muren van rotsen, dan weer in open veld of stroken met kurkeiken of langs een paar huizen of langs kleine wijngaarden. Nog een kleine regenbui op mijn nek, maar dan breekt af en toe de zon toch door. Ik passeer zowaar een oud, pittoresk stationnetje: Canêdo. Na 2 km vlot lopen op de Ecopista keer ik terug aan een goed tempo. Helaas, ik heb niet goed opgelet en weet niet meer waar ik de Ecopista ben opgelopen! Mijn eerste gok is verkeerd: ik kom op het erf van een boerderij uit! Gelukkig lijkt iedereen hier nog te slapen. Dan kom ik het stationnetje van Vila Nune tegen, eigenlijk meer een modern, betonnen wachthokje op een trein die nooit meer komt. Was ik hier al? Ja … nee?  Google Maps en iPhone brengen raad: Quinta dos Moinhos, kortste weg, is 2 km, langs het “centrum” van Vila Nune. Alleen: batterij van smart phone bijna plat. Dus snel Ecopista af, en - gelukkig - bergaf naar “huis” joggen, in totaal bijna 8,5 km gedaan. 

Ecopista da Linha do Tâmega, Trás-os-Montes
Ecopista da Linha do Tâmega, Trás-os-Montes
De  zon verdrijft al snel mist en nevel uit dit stuk van Trás-os-Montes. We pakken het kalm aan vandaag: bezoek aan “centrum” van Vila Nune, nu ik dat toch weet liggen. Centrum is veel gezegd: letterlijk één straat, de Rua da Igreja, die naar het kerkje voert, een paar andere huizen met een espiguero, dat is een smal, betonnen graanschuurtje op hoge poten. (Zie ook vroegere blogpost over het noorden van Portugal). Pittoresk en fotogeniek is het wel. Er is zelfs een kleine, wat vervallen speeltuin: pluspunt voor Lou. We rijden verder, opnieuw langs de smalle bergwegjes naar Mondim de Basto en bewonderen onderweg nog een paar espigueros en vooral kurkeiken. Vele ervan zijn “ontkurkt”, dat wil zeggen: schors verwijderd. In grote witte letters staat dan op de stam het jaartal van de laatste “ontkurking”. 

Vila Nune, Trás-os-Montes
Vila Nune, Trás-os-Montes
Kurkeik, Trás-os-Montes
In Modim de Basto drinken we koffie en … stellen we vast dat er in het centrum van de stad gratis wifi en internet aan redelijke snelheid is. Misschien kan ik hier in de toekomst blog posten? In het terugkeren worden we in een smal wegje een tiental minuutjes opgehouden door een lange geitenkudde - een honderdtal beesten, vermoed ik - compleet met honden en herder. Een geitje loopt met een manke poot, een ander heeft een opgezwollen uier, de herder loopt in blote bast met een opgevouwen paraplu in de hand. Foto-gelegenheid!

Geitenkudde, Ecopista da Linha do Tâmega, Trás-os-Montes
Geiten, Ecopista da Linha do Tâmega, Trás-os-Montes
De rest van de dag spenderen we aan het zwembad in Quinta dos Moinhos: dolce far niente. Daar wordt je ook moe van.