Contrasten in Jaipur.
Net zoals wij, is India geschokt door de terreuraanslagen van gisteren 13 november in Parijs. Raju had het nieuws deze ochtend nog niet gehoord maar was zwaar onder de indruk toen we het hem vertelden. Het deed hem denken aan de aanslagen in Mumbai van een aantal jaren geleden. En als we deze namiddag kort een plek bezoeken waar handmatig textiel wordt bedrukt, vertelt de eigenaar dat hij en zijn personeel niet hebben gegeten deze middag. Uit solidariteit. Zo gaat dat in India! Eerste minister Narendra Modi die toevallig in Londen is, noemt deze terreur een aanval op de mensheid ...
Raju voert ons langs een brede laan met nieuwe, moderne bedrijfsgebouwen (New Jaipur?) tot aan de "New Gate" stadspoort, roze geverfd net zoals de stadsmuren en alle gebouwen in het centrum. Verplicht sinds Maharadja Ram Singh in 1876 de hele stad roze liet schilderen - welkomstkleur in India - ter gelegenheid van het bezoek van de Prins van Wales, de latere koning Edward VII van Engeland. Van daar trekken we te voet verder, binnen de stadsmuren langs de Bapu Bazaar. Het is nog wat vroeg, 10 uur. Niet alle winkeltjes zijn open en het is nog relatief rustig. Grote en kleine vuilhopen liggen her en der samen geveegd. Koeien (heilige?) plukken hier en daar een nog groen blaadje uit de afvalbergen. Op het voetpad moet je niet alleen uitkijken voor hondendrollen maar ook voor verse koeienvlaaien!
Aan Chandpol bazaar nemen we links. Hier is het dan weer superdruk en super lawaaierig. Wat er ook gebeurt in het verkeer, de eerste reactie van een Indiër is altijd claxonneren. Veel verkeersregels lijken er niet te zijn behalve misschien dat iedereen ongeveer akkoord is van meestal in dezelfde richting te rijden. Plots komen we aan het Paleis der Winden, één van de meest merkwaardige EN mooie gebouwen die we ooit al gezien hebben. De voorgevel ziet er uit als een soort van grote bijenkorf.
Hier zaten vroeger de dames uit de harem van de Maharadja, verborgen achter de mazen van de gevel, het leven op de straat te bespieden. Achter de gevel is het gebouw amper één kamer breed. Je kan er op de verschillende verdiepingen nog steeds zoals vroeger de straatdrukte beneden beloeren en - voor de vrouwen dan - je even Maharina, vrouw van de Maharadja wanen. Of je kan op de binnenkoer op de eerste verdieping ook "mensje kijken". Er staat een leuk tempeltje. Hele Indische families schuiven er aan: de vrouwen in hun kleurrijke sari's poseren graag onder de verschillende bogen van de tempel. Vanop de hoogste verdieping van het Paleis der Winden krijg je nog een prachtig panorama over de stad. Bovendien is de lucht helderder dan gisteren en zeker klaarder dan in Delhi. Maar nu terug afdalen uit deze schoonheid en terug de wanorde en het vuil in ....
Langs Tripolia Bazaar naar Jantar Mantar. Een mooie, eigenaardige tuin met allerlei vreemde sculpturen. Die zijn eigenlijk reusachtige astronomische instrumenten. Een buiten-proportionele zonnewijzer bij voorbeeld. Of een al even reusachtige sextant. Maharadja Jai Singh was een sterrenfanaat. Naar hem is trouwens ook de stad genoemd: Jai - pur, de stad gebouwd door Jai. Overigens volgens een symmetrisch stramien met negen vierkanten, elk beroep in zijn eigen vierkant.
Nog steeds woont er een Maharadja in het stadspaleis. Maar die heeft gelukkig een groot deel van zijn paleis open gezet voor toeristen. "Gelukkig" want het is opnieuw een fabelachtige plek met zoveel interessante en/of merkwaardige dingen.
Twee gesculpteerde olifanten uit witte marmer houden een lotus-bloem in hun slurf en flankeren de gouden toegangspoort tot een grote binnenplaats. In het midden een open zuilengalerij in witte en rode zandsteen. Hier consulteerde de Maharadja zijn ministers over staatszaken. Er staan twee reusachtige zilveren urnen: de grootste ter wereld! Elke urne kan 4.000 liter water bevatten en is 1m60 hoog. De Maharadja liet deze speciaal vervaardigen en vullen met water van de Ganges voor zijn reis naar Londen. Daar zou hij de kroning van Edward VII bijwonen. Maar hij moest zich toch kunnen blijven ritueel baden in Ganges-water. Vandaar ... En er is nog de troonzaal, een wapenzaal, een tweede binnenplein met vier prachtig bewerkte ingangen die elk een seizoen voorstellen. Wel even Raju bellen, want we raken niet op tijd - dat wil zeggen drie uur na het begin van onze wandeling - terug aan de "New Gate". Nieuwe afspraak op de parking van het "city palace". Eerst nog wat uitrusten op een bankje op het centrale binnenplein. Naast ons een groepje Indische twintigers. Ze spreken ons aan en willen weten waar we vandaan komen. En welke talen we in België spreken. En ... hoe oud Betty is! Waarop ze bij het horen van haar leeftijd uitroepen dat ze er toch oh zo goed uit ziet! Mijn verdienste ook natuurlijk ... Lachen geblazen!
Even zoeken naar Raju op de parking. Daarna lunch in restaurant "Namaste", aanbeveling van Raju. Uitdrukkelijk specifieren we "not spicey" en hoewel de kelner ons verbaasd aanstaart wordt onze wens gerespecteerd. Lunch valt dus best mee maar vraag me niet wat we precies gegeten hebben: iets met veel groenten en rijst en naan (soort brood). Er is "live music": een sitar-speler in traditionele klederdracht met een jongetje wat een derwisch-dansje opvoert voor een fooi.
Volgende stop: het waterpaleis (privé) van de Maharadja. In principe een prachtige en idyllische plek. Er is een soort promenade langs de oever van het kunstmatige meer gemaakt. En die wordt ingenomen door allerlei eet- en prullaria-kraampjes. Veel Indische toeristen. En tussen de promenade en de oever ... afval, vuilnis en ... ratten! Ongegeneerd lopen een vijftal van die knaagdieren op, over en tussen het vuil. Jaipur is een stad van voortdurende contrasten tussen mooi en lelijk. Kan het één niet zonder het ander?
Nu wordt het stilaan tijd om terug te keren naar het hotel, na het eerder vermelde bezoek aan een atelier van bedrukken van textiel. Voor Franse bedrijven en de Europese markt, nota bene. We sukkelen opnieuw in onvoorstelbare verkeerschaos in de binnenstad van Jaipur. Kleine botsing tussen gemotoriseerde riksha en een auto. Alleen maar een beetje blikschade. Een politie-agent neemt poolshoogte en beveelt beide voertuigen om even achteruit te rijden en dan gewoon verder te rijden. Probleem opgelost!
Nu nog een snelle stop aan het Centraal Museum (Albert Hall), een eigenaardig gebouw, combinatie van Engelse en Hindu architectuur. Binnenin overigens een allegaartje van voorwerpen. En terug naar het hotel waar naar aanleiding van de trieste gebeurtenissen in Parijs de veiligheidsmaatregelen verscherpt zijn.
Morgen Pushkar, zo'n 150 km verder naar het westen.