Cambodja Coda.

26 november: terugkeerdag! Maar onze vlucht Phnom Penh - Bangkok vertrekt pas vanavond om 20u55. Tijd zat om nog een keer te wandelen in het Kep National Park. Ligt niet zo ver van Knai Bang Chatt. Dat kunnen we te voet aan. 

Checkpoint 1. 

Kep NP Checkpoint 1Aan een tuk-tuk standplaats spreken de chauffeurs ons aan. Of iemand ons voor 1 $ naar de ingang van het park kan brengen? We begrijpen elkaar niet. De ene chauffeur weet niet waar het Nationaal Park ligt. Een andere vraagt: "Two motorcycles?". Een derde zegt dat je met tuk-tuk niet in het park kan. We wandelen dan maar verder. Nog geen honderd meter later stopt opnieuw een tuk-tuk naast ons. Volgende uitleg-poging. Het duurt een tijdje voor deze tuk-tukker snapt dat we voor 1 $ alleen maar naar de ingang willen gebracht worden en niet in het park willen rondrijden en hij moet ook niet op ons blijven wachten. Je ziet hem denken: "Gekke toeristen" maar hij voert ons wel op 5 minuten tijd tot Checkpoint 1, de ingang en kassa van het Nationaal Park. We betalen 4.000 Riel (1 $) per persoon. Onze kaartjes vermelden, letterlijk: "Contripution ticket health take care of environment Kep National Park". Engels schrijven is (nog) niet de sterkste kant van de Khmers.

Giant Tree KepWe volgen deels dezelfde wandelweg als twee dagen geleden. Dan nemen we een steil en smal paadje, dwars door de dichte jungle. Dat is opnieuw zweten en puffen. Het wegje loopt voortdurend omhoog, langs grote tropische woudreuzen, omgevallen stammen, lianen ... Kletsnat van het zweet en vol muggenbeten (opnieuw de "deet" vergeten) keren we na een kwartiertje terug. Om een laatste maal af te koelen in "ons zwembad". En voor een laatste keer lunch - Khmer noodle soup - in de "Sailing Club" aan de rand van de zee.

Kep - Phnom Penh. 

De rit met taxi naar de luchthaven van Phnom Penh duurt ongeveer drie uur. Het landschap - eerst bergen aan de horizon, dan vlaktes met rijstvelden - zijn we inmiddels wel gewoon maar het blijft boeiend. In een voorstad van Phnom Penh komen we in een file terecht. Industrieparken braken honderden, nee duizenden werknemers uit. Tientallen en tientallen kleine vrachtwagens, stampvol geladen, brengen mensen naar huis. Ongelooflijk hoeveel personen op zo'n truck kunnen, flink opeen gepakt, als sardienen in een blik ... zonder olie. Allemaal tieners! Zoals gewoonlijk ook veel brommertjes met behalve de chauffeur nog één of twee passagiers. Gelukkig zijn we ruim op tijd (vier uur te vroeg) voor onze vlucht zodat we niet moeten stressen. 

't Wordt wachten in de luchthaven. Een Aussie (Australiër) vertelt over zijn fantastische vakantie: drie weken durende tocht op de motor door Noord-Vietnam. Voor mannen onder mekaar. Hij toont ons zijn fotoboek: prachtig berglandschap. Hij was ook in Siem Reap, maar ... heeft Angkor niet bezocht, wel een wapenmuseum! Mensen verschillen ... De wachttijd passeert snel. 

Cambodja coda. 

 Onze persoonlijke bevindingen over het land van de Khmers:
  • Op geen enkel moment of plaats bedreigd of onveilig gevoeld.
  • Angkor maakt zijn reputatie waar: indrukwekkend, boeiend, speciaal. 
  • Khmer zijn immer en altijd vriendelijk en sympathiek.
  • Prachtige natuur maar we blijven op onze honger wat betreft natuurbeleving in nationale parken: geen professionele gidsen; amateuristische aanpak.
  • Geen corruptie bij paspoort/douane controle in tegenstelling tot veel internet verhalen. 
  • Tropisch klimaat is "zwaar": nog nooit zoveel gezweet als in de laatse twee en een halve week. 
  • Sihanoukville hadden we mogen weglaten in ruil voor een dag meer in Battambang en in Kep. 
  • Keuken van Cambodja: gezond, licht, lekker. 
  • Nog een lange ontwikkelingsweg te gaan: armoede, analfabetisme (geen leerplicht), overlevingsbestaan ...
  • Doe iets aan het vuil en de wegwerpmentaliteit: hou Cambodja proper!
Als coda, een tekst - vrije vertaling - die we vonden op één van de Killing Fields monumenten:

De volle omvang van de tragedie van Cambodja zal nooit gekend zijn. De stoffelijke resten van sommige slachtoffers van deze genocide zullen waarschijnlijk nooit teruggevonden worden en hun moordenaars nooit geïdentificeerd. Maar de vriendelijke en vergevingsgezinde Khmer, een energiek en optimistisch volk, zal nu vol vertrouwen de schaduwen van het verleden achter zich laten, zijn oude cultuur opeisen en dit mooie land terug opbouwen zodat het opnieuw het legendarische paradijs van de goddelijke Apsara-danseressen wordt.

Wij wensen Cambodja daarbij alle succes toe.

Op naar nieuwe horizonten ...