Schorpioen.
31/10/2018
5u30 ‘s ochtends. De zon is al op. Fijne nevel hangt over de heuvels rond Eulophiella. Ver, maar indringend klinkt de territorium-roep van de Indri. Die zijn ook vroeg wakker!
Een uurtje later is de nevel opgeklaard en schijnt de zon.
Andasibe->Antsirabe.
We hebben vandaag een lange tocht voor de boeg: naar Antsirabe. Dat wil zeggen: de route die we eergisteren hebben gedaan bijna helemaal terug rijden; dan voor Tananarivo afslaan naar het zuiden. In totaal een kleine 300 km maar wel vermoedelijk meer dan 7 uur rijden. De wegen, zowel de RN2 als de RN7 zijn wel geasfalteerd maar in slechte staat. Om de haverklap moet Justin uitwijken voor diepe putten of stoppen voor hoge verkeersdrempels bij het doorrijden van een dorpje. Bovendien moeten we opnieuw het hoogplateau op. Als je dan achter een reeks vrachtwagens belandt die aan 10 per uur de berg op sukkelen, duurt het wel een tijdje. Volgens de tekst op de opleggers, komen die trouwens meestal tweedehands uit Frankrijk (“Messagerie banlieu de Paris”) of België (“Verhuizingen Deurne”). Via de haven van Antwerpen?
Niet dat ze echt nodig zijn, maar er zijn ook amper verkeersborden of wegwijzers in Madagaskar. En als ze er zijn, zijn ze uit beton. Elk metalen verkeersbord zou binnen de kortste keren verdwijnen en bij een schroothandelaar belanden.
Op het traject Andasibe - Tana vertelt Justin over verschillende soorten exotisch fruit die in Madagaskar worden geteeld. Lychees, mango, jackfruit, papaya, avocado, kaneelappel, en nog meer vruchten waarvan we de naam helaas al vergeten .... Daarna krijgen we een lesje Malagassisch: dank u is misaotra, uit te spreken als “misowtr”; veloma, uit te spreken als “veloem” is tot ziens en soave dia is goede reis.
Voorbij Tana is het landschap nieuw voor ons. Dit is nog altijd “les hauts plateaux” maar de heuvels zijn ronder en niet meer bebost. De rode kleur van de aarde is overal zichtbaar. De huizen zijn okerkleurig: gebouwd van baksteen, daarna met rode aarde gepleisterd. Armtierig misschien, maar toch mooi. Vele verlaten en vervallen ruïnes: in Madagaskar geloven velen dat een huis van een gestorven ouder of grootouder of voorvader nooit mag worden afgebroken, zelfs niet als het niet meer wordt bewoond.
Ambatolampy.
We passeren het dorpje Behenjy, het centrum van de “booming” foie gras industrie van Madagaskar. En het is middaguur. Maar we hebben onze principes en het is hier zeer druk. Dus ... verder rijden, tot Ambatolampy wat dan weer het centrum is van de aluminium industrie. Maar eerst lunchen: gepaneerde vis in ”Au rendez-vous du pêcheur”. Daarna stelt Justin voor om een ateliertje van aluminium-smelters te bezoeken. Hier maken ze van gerecupereerd aluminium nieuwe kookpotten, bekers, pannetjes, kommetjes, siervoorwerpen, enz. Het lijkt 19de eeuws werken. In een donker hok werken drie jongens in een mengsel van fijn zand en gemalen houtskool. Ze begraven een mal in het goedje, stampen alles goed aan en verwijderen dan de mal van onderen uit. Alles op blote voeten! Daarna wordt de lege vorm vol gegoten met gloeiende aluminium, 600 ° C, uit een bekertje, met een tang vastgehouden, zonder handschoenen of beschermende kledij! Mengsel van zand en houtskool verwijderen en een nieuw pannetje verschijnt. Moeten we deze kerels nu bewonderden of beklagen of beide? Een fooi verdienen ze dubbel en dik.
Op de binnenkoer zien we gelijkaardige 19de eeuwse taferelen. Een oven rookt. Iemand klieft met een voorhamer een groot stuk aluminium. Zwarte figuren lopen heen en weer.
Indrukwekkende ervaring, met dank aan onze chauffeur Justin van Just in Madagascar. Zonder hem waren we hier nooit binnnen geweest.
17:00 uur is het wanneer we Antsirabe, onze eindbestmming voor vandaag, binnen rijden. Grote troepen zebu’s en zebu-karren hebben ons nog af en toe opgehouden. We zijn in totaal 9 uur onderweg geweest voor, och arme, 300 km. Maar gelukkig is dit de langste rit van deze vakantie.
Schorpioen.
Einde van deze blogpost, niet?
Helaas niet ... We dineren vanavond in ons hotel, Plumeria Dus frissen we ons wat op, trekken we wat propere kleren aan en verwisselen we onze solide stapschoenen voor wat “deftigere” schoenen. En daar loopt het voor mij mis! Bij het aantrekken van mijn rechterschoen voel ik plots een soort kramp in mijn tweede teen. Hmmm, dat is eigenaardig. Even rechtop staan, druk uitoefenen op de voet ... stekende pijn in mijn teen! Niet normaal: ik moet op bed gaan liggen. De stekende pijn komt terug. Het is net alsof ik elke 20 seconden een bijen- of wespensteek in mijn voet krijg. Betty is nu echt ongerust maar ijzig kalm. Ze inspecteert de schoen en ... ontdekt een 3 tot 4 cm grote schorpioen! Vreselijk. Zij kiepert schoen en schorpioen in een zakje en zwiert die op het balkonnetje. Dat zien we morgen wel weer.
Wij - of beter gezegd ik, met de hulp van Betty - sukkel naar beneden, naar de receptie. Ik plof neer op een bankstel, amper nog in staat om recht te staan. Stekende pijn, tinteling, spierspasmen in mijn voet. Betty vraagt hulp aan de receptie. Ik strompel tot daar. “You will not die, sir”, zegt de receptionist. Nee, maar het doet verd... wel pijn. Wat zalf aan de teen strijken. Dat helpt niets en elke 20 seconden weer die steek. Een paar glazen witte wijn en een pijnstiller lijken wel te helpen, gelukkig. Na een uurtje neemt de pijn af, nog niet de tinteling. ‘t Is nu alsof ik met mijn voet elke keer in een veld van netels stap!
Gelukkig is mijn eetlust niet aangetast: we kunnen redelijk rustig eten met mijn voet op een stoel.
Hoe kan dat nu? Met schorpioen als sterrenbeeld gestoken worden door een schorpioen van Madagaskar, drie dagen voor mijn verjaardag? Deze schorpioen moet op één of andere manier in Eulophiela in mijn schoen zijn geraakt en in de bagage tot hier meegereisd.
Benieuwd of ik kan slapen vanavond. Betty in elk geval al wel. 😀